Erwin Clauws
BEËINDIGD
ARTISTIEK
ONDERZOEK
/
The
Conscious Quintessence of the Abstract — een
vernieuwd onderzoek naar verborgen betekenissen achter de abstracte
beeldtaal
Geaccrediteerd
door “Onderzoeksraad Sint Lucas Beeldende Kunst Gent” van
de Hogeschool voor Wetenschap en Kunst – België
onderzoeksperiode:
mei 2010 - mei 2012
Het onderzoeksproject “The Conscious Quintessence of the Abstract” - een vernieuwd onderzoek naar verborgen betekenissen achter de abstracte beeldtaal - van Erwin Clauws, bestudeert relaties tussen abstracte begrippen en abstracte beelden en hun betekenissen. Dit met het doel voor ogen een reflecterende houding van de toeschouwer tot hun grensgebied uit te lokken. Het grensgebied is daar waar het abstracte en het herkenbare elkaar ontmoeten en elkaar inhoudelijk wijzigen tot een derde betekenis die niet kan bestaan zonder haar twee partners.
Na
twee jaar onderzoek is er een doorgedreven visueel en plastisch
onderzoek verricht in drie werkgebieden..
werkgebied
1:
het abstract kunstwerk en
de titel
werkgebied
2:
het abstract beeld en metafysische betekenis
werkgebied
3:
het abstract beeld en het licht als figuranten
Vanuit verscheidene inhoudelijke gezichtspunten werken een 70-tal multidisciplinaire creaties als een katalysator voor reflectie op de toeschouwer. Tussen deze werken kan de toeschouwer regelmatig visuele en inhoudelijke cross-referenties waarnemen die er op een natuurlijke wijze zijn ingeslopen. Op die manier brengen ze het besef van de onafscheidelijkheid van de drie werkgebieden over.
De multidisciplinariteit van de werken omvat een ruime omkadering van de abstracte lijntekening, schilderwerk, kunstenaarsboek, kunstenaarseditie, fotografie en ruimtevullende installatie-sculptuur.
De totale inhoud van het onderzoek wordt aan het publiek voorgesteld in vier verschillende evenementen verdeeld over twee tentoonstellingsruimtes.
22-
26 februari 2012: Roger
Raveel Museum, Machelen-Zulte, tentoonstelling
met rondleiding p 26 februari 2012
Resultaten
uit het werkgebied 2 “het abstract beeld en metafysische
betekenis” en de resultaten uit werkgebied 3 “het
abstracte beeld en het licht als figuranten”
BEËINDIGD — meer informatie en beelden: klik hier
10 maart - 22 april 2012: White-Out Studio, Knokke: tentoonstelling
Resultaten uit werkgebied 1 “het abstract kunstwerk en de titel”
BEËINDIGD — meer informatie en beelden: klik hier
13
mei - 17 juni 2012: White-Out
Studio, Knokke, window-exhibition
24/24
Resultaten uit
werkgebied 1 “het abstract kunstwerk en de titel”, meer
specifiek “Le déjeuner sur l'herbe”
BEËINDIGD — meer informatie en beelden: klik hier
Nota
bij de tentoonstellingen: niet
alle gecreëerde werken tijdens het onderzoek werden
tentoongesteld.
Hieronder worden alle werken getoond, ook de niet
geëxposeerde.
Gedetailleerde informatie over de drie werkgebieden en de individuele werken:
Werkgebied 1: het Abstract kunstwerk en de titel
Dit
domein verkent de invloed van een titel gegeven aan een abstract
werk.
Er zijn talrijke historische voorbeelden gekend van
welbekende kunstenaars die hun abstract werk een titel meegeven.
Vanuit deze traditie was het in dit onderzoek het doel om deze
titel-werk combinatie anders — lees vernieuwend — te
proberen invullen. Dit is aardig geslaagd omdat ik het pad van de
tastbare wereld heb verlaten en meer abstracte gegevens (in titel als
in werk) ben gaan opzoeken om rond te werken. De verklaring volgt
hieronder.
Misschien eerst enkele voorbeelden uit de traditie: uit het Abstract Expressionisme en het lyrisch abstracte zijn bv. Willem De Kooning (bv. de titel: “Door to the river”), de Belgische kunstenaar Raoul De Keyzer (bv. “Luchtig” en “Onweer”) of de kunstenaar John Hoyland die één van zijn werken “Black Thing” noemt. Ook uit het gebied van het constructivistisch en minimalistisch abstracte enkele voorbeelden: Barnett Newman met “Who’s afraid of red, yellow and blue?” of Brice Marden’s “Chinese Dance”.
Het
combineren van titel met beeld beoogde vroeger en nu 3
gemeenschappelijke doelen, nl.:
• de kunstenaars geven te
kennen dat ze een extra betekenis aan het werk willen geven dat noch
door het abstract werk op zichzelf, noch door de titel op zichzelf
kan worden toegevoegd;
• ze breken bij de toeschouwer het
beeld stuk dat ontstaat in zijn verbeelding bij het horen van de
titel door de toevoeging van hun werk. Dit breken heeft “reflectie”
bij de toeschouwer tot gevolg;
• door het uitspreken van het
woord “abstract” bestaat het begrip “abstract”
— waaronder wij mensen “iets” verstaan wat we niet
kunnen vatten — in principe niet meer. Wat is er dan wel dat
wil uitgedrukt worden door de abstracte beeldtaal waarvoor de
kunstenaar heeft gekozen? Voor “dat” is er tot nu toe
geen ander woord dan “abstract”.
In
mijn onderzoek fungeert de plastiek van het beeld als een concrete
realiteit. De titel daarentegen vult het (rationele) verstand met
archetypische beelden ook wel oerbeelden genoemd. Zo’n oerbeeld
kent geen vastomlijnde betekenis invulling. Het kent aan het voorwerp
waarop het geprojecteerd wordt een bovennatuurlijke glans toe. Het is
een betoverende glans doordat ze iets aantrekkelijks, fascinerends
heeft maar ook tegelijkertijd iets afschrikwekkends en iets
angstaanjagends. De groep van herinneringen die het opwekken van een
archetype oproept is persoonlijk bepaald en verscheiden, ook al zijn
sommige herinneringen ook globaal aanwezig bij een grote groep
mensen.
De psychische energie die het samenvoegen van beeld en
dergelijke titel oproept evoceert bij de toeschouwer een derde en
persoonlijke invulling van de bedoelde werkelijkheid van het werk.
Deze derde en waarheidsgetrouwere invulling zou niet kunnen ontstaan
zonder het afzonderlijke bestaan van het concrete en het abstracte en
het grensgebied waar beiden elkaar ontmoeten. Door de keuze van beeld
en titel uit te puren en te sturen vermag ik mijn werk te verheffen
tot het magistrale en monumentale met universele en metafysische
dimensies die, soms zelfs onbedoeld, verschijnen door het betrachten
van een grotere ‘vol-ledige’ waarheid van het werk dan
gebruikelijk is. Deze persoonlijke nuancering van de historische ‘
titel-beeld’-combinatie’ ligt aan de basis van een
verdere evolutie en hernieuwde input van het abstracte beeld in het
algemeen en het belang van zijn hernieuwde plaats in het hedendaagse
kunstlandschap in het bijzonder.
In
dit eerste werkgebied zijn er vijf invalshoeken ontstaan die elk een
specifiek plastisch probleem tussen beeld en titel inhielden. Daar is
de serie monumentale tekeningen “Abstract Characters”,
het erbij enigszins aansluitende werk “Le déjeuner sur
l'herbe”, de reeks “Mirror … mirror on the wall,
who has the most precious art in the hall?”, twee edities nl.
“Six NOH Spaces” en “Six studies Amor de lonh”
en als laatste het vreemde kunstenaarsboek “How far… is
distance?”.
• de serie “Abstract Characters”
In
deze serie groot formaat tekeningen koppel ik een universeel
abstracte titel zoals “de Onwrikbare” of “de
Hardvochtige” aan een sterk gedefinieerde abstracte lijnvorm.
Deze titel heeft in ons geheugen geen duidelijk omschreven beeld,
zoals bv. de titels hebben die in de inleiding van werkgebied 1 zijn
gegeven. (zelfs “Black Thing” heeft een duidelijker
imaginair beeld door het woord Black).
De titels van de serie “Abstract Characters” kunnen wel
een gevoel/herinnering oproepen bij de toeschouwer waaraan eventueel
een psychologisch beeld is gekoppeld. Het kan een persoon zijn,
iemand die ze haten of die ze willen zijn, iemand die ze kennen …
Het kan ook een universeel iets zijn dat geen rekening houdt met het
individueel menselijke. Deze vorm van titels plaatst de mens in een
“underdog” positie bij niet-identificatie met de inhoud
van de titel of in een superieure positie bij identificatie.
Hierin
ligt het verschil met de titels uit de inleiding. In de titels van de
inleiding blijft de toeschouwer in hetzelfde psychologische vlak van
de titel. Hij kan bij een titel als “Door to the river”
in zijn geheugen een uitgesproken concrete deur en rivier zien en hij
kan beide in zijn directe leefwereld rondom hem plaatsen. Ook een
titel als “Who’s afraid of red, yellow and blue” is
zo duidelijk dat er geen probleem is voor de toeschouwer. Elk woord
“bang”, “rood”, “geel” en “blauw”
behoort tot zijn eigen leefwereld. Door de titels van “Abstract
Characters” echter wordt hij willens nillens verplaatst naar
een ander psychologisch vlak door de “wel
of niet identificatie” en
de erbij horende vreemde lijnvorm.
Door
een dergelijke titel aan een expliciete abstracte lijnvorm te
koppelen — de lijnvorm wil op zichzelf al meer zijn dan enkel
lijn
of
omlijnde
ruimte —,
worden twee zaken veroorzaakt. Eerst geef ik deze meer abstracte
titel een visueel gezicht en tegelijkertijd krijgt de tekening een
universeel karakter. Hierbij is de toeschouwer bijna verplicht
stelling te nemen: of hij aanvaardt wat ik hem als kunstenaar
aanbiedt of hij verwerpt dit.
In de twee gevallen is er een andere
reflectie bij de toeschouwer dan in het geval van de titels bij de
werken uit de inleiding. In deze werken uit de inleiding wordt het
denken van de toeschouwer meer poëtisch en is de afbeelding meer
illustratie van begrijpbare visuele en tactile dingen.
Tijdens
de creatie van “Abstract Characters” start ik niet met
een titel die ik wil uitbeelden of met een abstracte lijntekening
waaraan ik een titel geef. Nee, de twee (titel en tekening) evolueren
in een gelijkopgaande symbiose vanuit een — op een bepaald
moment tijdens de creatie — “ontstaan van een universeel
gevoelskader” waarnaar de tekening bijna zichzelf beweegt.
Als
voorbeeld:
bij de creatie van “de hardvochtige” ontstond er —
natuurlijk zonder de titel te kennen of de complete tekening te
hebben gemaakt — op een gegeven ogenblik vanuit de tot dan
getekende lijnen en gebruikte kleur bij mij een gevoel van
“gevoelloosheid met spijt”, het gevoel van “het
spijt me, maar ik kan niet anders”. Eénmaal dit
universeel duidelijk gevoel er is , komt het werk vlug tot een
duidelijke vorm met een duidelijke titel.
…a…
links
de
Onwrikbare — l’Inébranlable — the Immovable
— der Unerschütterliche
— 2010
/ pastel op extra zwaar papier / 250 x 193 cm –
a.c.216]
rechts:
de
Onwankelbare — l’Imperturbable — the Unshakable —
der Unbeirrbare —
2010
/ pastel op extra zwaar papier / 250 x 193 cm – a.c.218]
…a…
links
de
Onaanvechtbare — l’Incontestable — the Indisputable
— der Unanfechtbare
— [2010
/ pastel op extra zwaar papier / 250 x 193 cm – a.c.217]
rechts
de
Aanwezige — le Présent — the Person Present —
der Anwesende
— [2011
/ pastel op extra zwaar papier / presentatie op DiBond 4 mm —250
x 193 cm – a.c.243]
de
Hardvochtige — l’Impitoyable — the Heartless —
der Hartherzige
— [2011
/ pastel op extra zwaar papier / presentatie op DiBond 4mm — /
250 x 193 cm – a.c.244]
• het werk “Le déjeuner sur l’herbe, part 1” en “Le déjeuner sur l’herbe: part 2, residual fraction”
In
dit werk ben ik gestart vanuit de omgekeerde werkmethodiek van de
serie “Abstract Characters” door mezelf de vraag te
stellen: is het mogelijk om een abstract beeld te maken
vanuit een gegeven of aanwezig gevoel in bestaande kunstwerken.
Hierbij is het niet de bedoeling om een abstract beeld te maken van
het zichtbare deel van het kunstwerk. Dit is wat verstaan wordt onder
“abstractie” (een herleiding van het zichtbare tot lijnen
en vormen die een visuele band hebben met de compositorische en
coloristische kenmerken van het originele beeld) of “abstraheren”
(het originele beeld is vanuit dezelfde compositie en kleur slechts
vervormt naar een spel van constructivistische gekleurde vlakken
waarin het originele beeld goed herkenbaar blijft) en dit is zeker
niet het doel van dit onderzoek.
Ik verklaar me nader: in het
originele werk van Manet zien en voelen we in de houding, blik en
setting van de hoofdpersonages een “samenhorige
opstandigheid/rebellie”.
Deze
“rebellerende eenheid” heb ik geanalyseerd en op mijn
manier gevisualiseerd in twee delen: een abstracte tekening van
“samenhorigheid” in een kleurstelling die refereert aan
het natuurlijke kader waarnaar zowel de titel als de herinnering aan
het originele werk refereert. Een tweede deel, bestaande uit twee
kleine containers die restfractie bevatten: enerzijds gefantaseerde
restfractie van een ingebeeld “déjeuner sur l’herbe”
en anderzijds werkelijke restfractie van papier, plastiek enz. die is
vrijgekomen tijdens de uitvoering van deel 1.
Met het tweede deel scheur (rebelleer) ik het romantische idee — het bijna enige dat door tijd en verkeerde communicatie bij het grote publiek is overgebleven van Manets intentie voor het maken van het werk — in stukken en breng het gehele concept naar de hedendaagse problematiek van milieuvervuiling door restfractie. Ook in zijn oorspronkelijke intentie klaagde Manet met zijn werk twee zaken van zijn tijd aan: allereerst de grote hoeveelheid geïdealiseerde naakten op “Le Salon” die geen enkele binding meer hadden met de werkelijkheid van de toenmalige samenleving en slechts werden vervaardigd om in bourgeois interieurs te worden opgehangen en ten tweede, de alom bekende en getolereerde maar niet uitgesproken prostitutie (door o.a. dezelfde bourgeoisie) in het Bois de Boulogne.
Het was een resolute keuze om dit werk dezelfde afmetingen te geven als de werken uit de reeks Abstract Character. Zodoende was het mogelijk de beide manieren van opbouw vergelijkend te bestuderen en tot de volgende vaststelling te komen: de meer dimensionale constructie (Abstract Characters) staat het weergeven van universeler gegevens meer toe dan de meer vlakke constructie (déjeuner),die meer is geënt op het weergeven van specifieke persoonlijk of groepswaarden/emoties.
…a…
links:
Le
déjeuner sur l’herbe — part 1 [2011
/ pastel
op extra zwaar papier / presentatie op DiBond 4 mm /
250 x 188 cm – a.c.238a]
rechts
Le
déjeuner sur l’herbe — part 2, residual fraction
[2011
/ twee containers met restafval, papier, plastiek, pastel en glas /
90 x 60 x 28 cm – a.c.238b]
• graphic-photographic works “Mirror … mirror on the wall, who has the most precious art in the hall?”
De
opdracht die ik voor mezelf in dit onderzoeksgebied extra heb
geformuleerd: het fotografisch creëren van een beeld met licht
herkenbare elementen. Het was mijn doel om met de fotografische
resultaten grafische composities samen te stellen waarin de originele
foto's niet meer als foto fungeren maar als een abstract beeld in een
abstract compositorisch geheel. Het toevoegen van een bekende zin uit
de sprookjeswereld als titel geeft deze “fotografisch-grafische
werken” een extra gelaagdheid voor de toeschouwer. Een
reflectie kan van start gaan bij de toeschouwer: in de eerste plaats
over zijn eigen kijk naar de waarde van kunst, in de tweede plaats
over het verhaal dat het afgebeelde hem wil voorhouden.
Naar het
einde toe van de onderzoeksperiode waren drie van dergelijke werken
gerealiseerd. Met deze basis is de reeks verdergezet en behoort ze
thans tot mijn reguliere praktijk.
…a…
…a…
Mirror
… mirror on the wall, wo has the most precious art in the
hall? — nr. 1 (links)
– nr.
2 (midden)
– nr.
3 (rechts)
2011-’12
— 161x262 cm — digigraphie — Epson Ultrachrome K3
Ink op PhotoRag 308 gr — a.c. 270, 271, 272
• de edities “Six NOH Spaces” en“Six Studies Amor de lonh”
Om
het werkgebied “Abstract werk en titel” van het onderzoek
zo ver mogelijk door te voeren, was er nood aan een andere invulling
van tijd en ruimte dan de invulling die te vinden is in de vorige
werken. In de vorige werken en reeksen zijn de tijds- en ruimte
invulling statisch. De gevonden thema's voor de edities (Noh theater
en een opera rond het thema onbereikbare liefde) steunen op complexe
in elkaar grijpende niveau's van verschillende tijds- en
ruimtebelevingen. Heden en verleden in functie van toekomst en elk op
hun beurt gekoppeld aan verschillende plaatsen en ruimtes veroorzaken
een bijzonder complex kluwen van contemplatie over de rol en de
functie van het eigen ik van de toeschouwer in zowel microscopische
(de persoonljke leefwereld) als macroscopische (de wereld en de
kosmos) zin. In “Six Noh-Spaces” is het onderwerp de
psychologische contemplatie-aura veroorzaakt door het subtiel
verweven van een werkelijke en geestelijke wereld in de Japanse Noh
theaterstukken. In “Six studies Amor de lohn” is het
onderwerp de onbereikbare liefde tussen twee wereldlijke personen,
enerzijds letterlijk, anderzijs symbolisch voor de onbereikbare
eenheid van een menselijk wezen met een Godheid.
Deze moeilijker
onderwerpen transformerend naar een visuele abstracte output, besefte
ik dat het gebruik van repetitie op verscheidene bladen een goede
optie was. De editie en het 'artist book' medium bleken een goede
keuze te zijn in weerwil van het gebruik van het bewegend beeld,
waarvan ik mezelf de restrictie had gegeven dit niet in het onderzoek
te gebruiken.
Ook de intieme sfeer van de media 'editie' en
'artist book' dragen bij aan een contemplatieve totaalsfeer die de
onderwerpen niet alleen zelf oproepen maar ook vragen.
editie
— “Six
NOH spaces”
De
editie “Six
NOH-spaces” bevat
zes digitale prints met lijntekeningen van imaginaire half
afgebakende ruimtes. Het half afgebakende zorgt voor een
open-gesloten ruimte. Het is de speelruimte zelf waarin een Noh stuk
wordt uitgevoerd die aanleiding heeft gegeven tot deze constructies.
De Noh-theaterruimte wordt begrensd door vier hoekpilaren, die voor
de gemaskerde Noh-acteurs orientatiepunten vormen tijdens het spel.
Het doel van elke tekening was het visualiseren van diverse
psychologische ruimtes door het spel van open-gesloten, kort-lang en
gebonden en niet gebonden lijnenconstructies. Elke tekening toont
daardoor een andere atmosfeer van werkelijkheid-onwerkelijkheid. Dit
is een vergelijkbare sfeer van de verweven werkelijkheid met de
onwerkelijkheid van de geestelijke wereld die steeds voorkomt in de
Noh stukken. Door de personages die in de geestelijke wereld worden
ten tonele gebracht (meestal voorouders en gevallen krijgers, helden)
krijgt de geestelijke wereld een hoeveelheid werkelijkheidsgehalte.
Elke scène en de bijhorende teksten en muziek hebben telkens
als doel de toeschouwer naar een ander spiritueel niveau te tillen.
Hierdoor heeft een Noh-stuk een hoog metafysisch gehalte. Het laat de
toeschouwer reflecteren over zijn lot, doel en bestemming. Deze
reflectie wil ik ook in de tekeningen opvoeren door het gebruik van
eenvoudige, bijna efemere lijnen in een constructiespel van open en
gesloten ruimtes waarbinnen elke lijn in een bijzondere spanningsveld
staat tot de andere lijnen.
Ook wil dit werk door de bijhorende
verklarende uitleg (een door de uitgever toegelaten reproductie van
de tekst Fenollosa
on the Noh uit
het boek The
Classic Noh Theatre of Japan van
Ezra Pound en Ernest Fenollosa) de toeschouwer een mogelijke weg
wijzen naar verdere informatie over het Noh Theater.
aaa
aaa
aaa
aaa
Edition
Six NOH Spaces
Zes
digitale prints op papier: NOH Space n° 1 (a.c. 275a) – NOH
Space n° 2 (a.c. 276a) – NOH Space n° 3 (a.c. 277a) –
NOH Space n° 4 (a.c. 278a) – NOH Space n° 5 (a.c. 279a)
– NOH Space n° 6 (a.c. 280a) • zes originele
kunstenaarsprints verzameld in een kartonnen zwarte doos — elke
print 59,4x42 cm — Epson Ultrachrome K3 Inkt op Epson Enhanced
Matte Posterboard 800 gr — artist’s catalogue n° 281
• editie van 30 exemplaren — gesigneerd en genummerd door
de kunstenaar • © 2011 — concept, tekeningen,
grafisch ontwerp, prints — Erwin Clauws (Alle
rechten voorbehouden, geen enkel deel mag uit deze editie worden
gereproduceerd op enigerlei wijze – mechanisch, elektronisch of
digitaal, inclusief de reproductie in www-gebaseerde informatie,
zonder schriftelijke toestemming van de kunstenaar).
editie — “Six studies Amor de lonh”
De
editie “Six
studies Amor de Lonh”
heeft
als inspiratiebron de opera ‘L’Amour de loin” van
de hedendaagse Finse componiste Kaija Saariaho. Onder het beluisteren
en zien van deze opera ontstond een plan om rond het thema van “de
onbereikbare liefde” een plastisch werk te maken. Het
eigenaardige tijdsverloop dat gepaard gaat met het bekijken en
herbekijken van losse pagina’s uit een editie, leek me een
uitstekende metafoor voor deze gelijktijdige onbereikbaarheid en toch
aanwezigheid. De zes dubbele composities van een vlak en een
lijnenspel die met elkaar op een blad telkens opnieuw converseren wil
de symboliek van de geestelijke verbondenheid van de verliefden aan
de toeschouwer meegeven. Het is een verhaal over liefde en hoop,
telkens opnieuw herhaald …
En indien de toeschouwer
geïnteresseerd zou raken naar de opera en erin ook de boodschap
van een onbereikbare liefde als metafoor voor de onbereikbare eenheid
met een God kan herkennen of zich verder wil verdiepen in aanverwante
thema’s zoals L’enamourement
(de
dichter die verliefd wordt op iemand die hij nog nooit heeft gezien:
la jamais-vu en de elementen van lotsbestemming en zielevereniging),
of Amar
desamatz
(de
dichter bemint maar wordt zelf niet bemind, slechts in droom of
toekomst is er hoop op een ontmoeting met de geliefde waarvan de
liefde enkel uit haar soms bittere woorden zal bestaan), of La
mort-par-amour (het
beruchte thema van de liefdesdood, sterven voor of door liefde, een
klassiek thema in alle kunstvormen), dan is dit een mooie aanvulling
bij het werk van de kunstenaar.
aaa
aaa
a aa
a
aa
Editie
Six studies Amor de lonh
Zes
combinaties van digitale print met manuele toevoeging op papier: Amor
de lonh n° 1 (a.c. 283a) – Amor de lonh n° 2 (a.c.
283b) – Amor de lonh n° 3 (a.c. 283c) – Amor de lonh
n° 4 (a.c. 283d) – Amor de lonh n° 5 (a.c. 283e) –
Amor de lonh n° 6 (a.c. 283f) • zes originele
kunstenaarsprints met manuele potloodtoevoeging verzameld in een
kartonnen zwarte doos — elke print 59,4x42 cm — Epson
Ultrachrome K3 Inkt op Epson Enhanced Matte Posterboard 800 gr —
artist’s catalogue n° 283 • editie van 30 exemplaren —
gesigneerd en genummerd door de kunstenaar • © 2011 —
concept, tekeningen, grafisch ontwerp, prints — Erwin Clauws
(Alle
rechten voorbehouden, geen enkel deel mag uit deze editie worden
gereproduceerd op enigerlei wijze – mechanisch, elektronisch of
digitaal, inclusief de reproductie in www-gebaseerde informatie,
zonder schriftelijke toestemming van de kunstenaar).
•
artist
book
— “How
far … is distance?”
In
dit manueel getekende leporello boek wordt de kijker meegenomen in
een visueel-filosofische tocht van een eenvoudige lijn die zich buigt
over de vraag “hoe ver is afstand”.
Terwijl de lijn
zich op twee verschillende manieren over het blad beweegt kunnen er
tijdens het bladeren misschien antwoorden ontstaan bij de
contemplatieve toeschouwer.
Om al de pagina’s uit het boek te bekijken op YouTube link: http://www.youtube.com/watch?v=StMo2CVAo0k
aaa
How
far … is distance
[2007-2010
– “loop” leporello artist book / zwart potlood op
Whenzou paper / – Cover papier map: 32 x 49,5 cm / boek: één
“loop” = 22 zijden 29 x 46 cm; totale lengte: 638 cm –
a.c. 106]
Editie van 9 copies en één artist proof. •
Bescherm map en pagina's zijn manueel vervaardigd door de
kunstenaar.
Elk exemplaar op aanvraag (met volgnummer: max. 9).,
lichte variaties in tekening en map zijn bij iedere kopie zeker.
Werkgebied 2: het Abstracte beeld en metafysische betekenis
Het
landschap is een van de belangrijkste inspiratiebronnen in mijn
totale oeuvre. Niet enkel in zijn totaliteit waar het de
natuur betreft maar ook in zijn
microcosmos en onzichtbaarheid waar het de krachten betreft die leven
en dood veroorzaken en zo de verscheidenheid van het leven uitmaken.
Op één of andere manier zijn deze krachten, die voor
ons chaotisch lijken omdat we er als mens maar geen greep op krijgen,
in een belangrijke mate “abstract”. Tijdens de verdieping
van het onderzoek zijn er twee
inhoudelijke richtingen ontstaan van waaruit artistieke werken zijn
gecreëerd..
Een eerste
categorie van werken onderzoekt het
begrip “metafysisch
landschap”. Dit is het
landschap waarvoor mensen blijven staan, waarvan kunstenaars beelden
maken, waarvan foto’s worden genomen. Het landschap waaraan
iets mystieks en ondoorgrondelijk kleeft.
De tweede
categorie van werken concentreert
zich op chaos en structuur die in de natuur/cosmos aanwezig is.
Vogels en insecten vliegen schijnbaar chaotisch door de lucht;
natuurlijke plantengroei is onvoorspelbaar enz. en toch wordt die
chaos telkens opnieuw een structuur: vogels worden een trekkende
groep met een duidelijk doel, natuurlijke groei wordt een boom of
struik die zijn grenzen heeft, honderdduizenden levensvormen wordt
onze aarde, enz.
Vanuit deze twee lijnen werden een grote groep
werken gemaakt waarin het “metafysische” een belangrijk
onderdeel vormt. Het metafysische in de zin van onbekende en
overheersende krachten ingebed in een gestructureerd menselijk
dagelijks leven van tijd en ruimte en meer en meer herkend door de
exacte wetenschappen.
Eerste categorie in “Abstract beeld en metafysische betekenis” — het metafysisch landschap
• project “A room with a landscape view” — deel één “basis”
Dit project, specifiek voor het onderzoek “The Conscious Quintessence of the Abstract”, is ontstaan uit de directe waarneming van het landschap en zijn details. Het is een ruimtevullend concept dat bestaat uit 13 schilderwerken, tien houtskooltekeningen, een fotografisch werk en een fotografische kunstenaarseditie met 144 foto’s. Ze worden éénmalig samengebracht in dit onderzoeksproject wegens hun drijvende en constante impuls voor de verschillende onderzoeksdomeinen. De volledige groep is énmalig tentoongesteld in het Roger Raveel Museum van 22-26 februari 2012.
Elk
van de werken toont een eigen inzicht en visie op het begrip
“landschap”. Ze zijn allen op een of andere wijze visueel
of inhoudelijk met elkaar verbonden. Vandaar de titel van het
project: een
kamer met een visie/zicht op een landschap.
Deze titel is meer inhoudelijk dan beeldend bedoeld.
Op een
fotografisch werk dat aan het begin van het onderzoek is vervaardigd,
is links en rechts in de schaduwen een abstract schilderwerk uit mijn
oeuvre te bespeuren, maar deze vormen niet het onderwerp van de foto,
wat normaal gebruikelijk is. Ze nemen een rol aan van stille
commentatoren op het beeld in het midden: een landschap gezien door
een muurbreed raam. Deze twee schilderwerken worden in realiteit in
de tentoonstellingsruimte gebracht, zodat de toeschouwer hun vorm,
kleur en echte realiteit naast hun andere realiteit op de foto, kan
ontdekken. Hun ondertitel “Quand
nous voulons faire comprendre le tout par le partie ou le partie par
le tout”
(met
dank aan Cicero) vervolledigt de setting en geeft een kleine tip om
dit project beter te begrijpen. Deze foto bracht me niet enkel op het
idee om een reeks van werken (oudere en nieuwe) samen te brengen
zodat ze allen samen “een visie — of beter gezegd
verschillende visies samen als één geheel” zouden
tonen, maar ook op het idee voor de titel van de foto en het ganse
project: “A room with a landscape view”
De overige elf
schilderwerken tonen een evolutie van “landschap” tot
“metafysisch landschap”, een artistiek intiem zoekproces
(Painted
Landscapes)
waaruit een groot deel van het recente abstracte werk is ontstaan,
zoals de series “Abstract Characters”, de werken Mirror
... mirror on the wall , who has the most precious artwork in the
hall?”; de fotografische werken en de edities “six NOH
spaces” en “six studies Amor de lonh”. Ook ligt dit
onderzoek rond het metafysisch landschap en zijn invloed op de
evolutie van mijn latere werken aan de basisi van een lezing: “het
metafysisch landschap; een ontbrekende schakel”
Hoe
belangrijk deze reeks schilderwerken in het totale onderzoek is,
toont ook de reeks houtskooltekeningen “Part of a landscape”,
die voor hun tekenstijl en compositie schatplichtig zijn aan de
“painted landscapes”.
Naast deze werken willen de 144
foto’s uit de fotografische editie “Part of a landscape
nr. 13 — 144 black and white shots” een
metafysisch beeld oproepen van het overkoepelend levensproces in de
natuur dat nooit begint en nooit eindigt. De
144 beelden — allen variaties op één visueel
concept — visualiseren de voorbij glijdende momenten van een
onduidelijk tweeledig proces, afbrekend of vormend, in elkaar opgaand
of elkaar afstotend …
A
room with a landscape view [2010-’11–
foto gekleefd op DiBond – 58 x 35 cm – a.c. 241]
…a…
links:
Quand
nous voulons faire comprendre le tout par le partie ou le partie par
le tout. (nr.1) [2006-’11–
pigment en olie op ruwe canvas – 195x155cm –
a.c.53]
rechts:
Quand
nous voulons faire comprendre le tout par le partie ou le partie par
le tout. (nr.2) [2009-’11
– pigment en olie op ruwe canvas – 195x155cm –
a.c.149]
• project “A room with a landscape view” — deel twee: de serie “Painted Landscapes”
Reflecties over “het landschap”
Wanneer
men een landschap bekijkt en men zich mentaal losmaakt van “het
herkennen” van de elementen die een landschap uitmaken —
zoals bomen, gras, wolken enz. — dan blijft enkel “ruimte”
over waarin ongeziene krachten samenwerken om elementen te vormen
waarvan het geheel door de mens als “natuur en landschap”
wordt benoemd. Uit deze “metafysische” gedachtegang zijn
de werken “Painted Landscape” ontstaan waarvan letterlijk
te zien is hoe door de jaren heen mijn geschilderde landschap (in
Painted Landscape nr. 1,
2 en 3) zich steeds
verder abstracter en abstracter voordoet, tot er een soort van kern
is geschilderd, die ik het metafysisch landschap noem (Painted
Landscape nr. 4 en 5).
Dit metafysisch landschap tracht “het geheel van gelijkwaardige
krachten” te tonen zonder menselijk onderscheid van goed,
beter, slecht enz.
Dit thema wordt verder geëxploreerd aan de
hand van werk van andere kunstenaars in de lezing “Het
metafysisch landschap: een ontbrekende schakel” die
in de maand november 2012 is gepland.
In deze serie werken is
duidelijk te zien hoe het geschilderde beeld zich naar de kern van
een plastisch probleem toedraait, nl. hoe geef je een ruimte weer
waarin enkel krachten zijn?. Uiteindelijk is er een potloodlijn
overgebleven die de omtreklijn
van een frontale perspectief is
van een verenigd staand en liggend vlak zonder middenlijn met daarin
een geschilderde beweging. Het stelt de ruimte voor waarin het
levensdrama zich afspeelt. Vanuit deze ruimte zijn heel wat andere
werken ontstaan zoals de aandachtige lezer en toeschouwer kan
opmerken. Hierbij valt inhoudelijk op te merken dat “de
studie om via de abstracte lijn het drama van het leven weer te
geven” (een studie
die in het onderzoek tot heel wat nieuwe inzichten en werken heeft
geleid) een waardig
en ook logisch
plastisch vervolg is op deze kern van het metafysisch landschap.
Om
deze reden heb ik de “Painted
Landscapes”,
ondanks hun vroegere ontstaansdata, als een éénmalig
project opgenomen in het onderzoek “The
Conscious Quintessence of the Abstract”.
Het “metafysisch landschap” is de stap net voor
“abstracte kunst”.
aaa
aaa
links:
Painted
landscape 1
[2005
– pigment en olie op ruw canvas – 70x50cm]
midden:
Painted
landscape 2
[2005
– pigment en olie op ruw canvas – 70x50cm]
rechts:
Painted
landscape 3
[2006
– pigment en olie op ruw canvas canvas – 70x50cm]
aaa
aaa
links:
Painted
landscape 4
— Metafysisch
landschap
[2006
– pigment en olie op ruw canvas – 70x50cm]
midden:
Painted
landscape 5
— Metafysisch
landschap
[2007
– pigment en olie op ruw canvas – 70x50cm]
rechts:
Painted
landscape 6
[2007
– pigment, potlood en olie op ruw canvas canvas –
70x50cm]
aaa
aaa
links:
Painted
landscape 7
[2007
– pigment, potlood en olie op ruw canvas –
70x50cm]
midden:
Painted
landscape 8
[2007
– pigment, potlood en olie op ruw canvas –
70x50cm]
rechts:
Painted
landscape 9
[2008
– pigment, potlood en olie op ruw canvas – 70x50cm]
aaa
links:
Painted
landscape 10
[2008
– pigment, potlood en olie op ruw canvas –
70x50cm]
rechts:
Painted
landscape 11
[2008
– pigment, potlood en olie op ruw canvas – 70x50cm]
• project “A room with a landscape view” — deel drie: de serie houtskooltekeningen “Part of a landscape”
aaa
aaa
links:
Part
of a landscape 1 [2008
– houtskool op papier – 34,5x29cm –
a.c.112]
midden:
Part
of a landscape 2 [2009
– houtskool op papier – 47x31cm – a.c.159]
rechts:
Part
of a landscape 3 [2009
– houtskool op papier – 48x32cm – a.c.160]
aaa
aaa
links:
Part
of a landscape 4 [2009
– houtskool op papier – 48x32cm – a.c.165]
midden:
Part
of a landscape 5
[2009
– houtskool op papier – 36x25cm – a.c.162]
rechts:
Part
of a landscape 6
[2009
– houtskool op papier – 51x36cm – a.c.163]
aaa
aaa
links:
Part
of a landscape 7
[2008
– houtskool op papier – 31x32,5cm –
a.c.164]
midden:
Part
of a landscape 8
[2009
– houtskool op papier – 58x42cm – a.c.169 –
in private collectie]
rechts:
Part
of a landscape 9
[2010
– houtskool op papier – 56x36cm – a.c.219]
aaa
aaa
links:
Part
of a landscape 10 [2010
– houtskool op papier – 47x31cm – a.c.220]
midden:
Part
of a landscape 11 [2011
– houtskool op papier – 51x36cm – a.c.259 –
in private collectie]
rechts:
Part
of a landscape 12 [2009
– houtskool op papier – 48,5x26cm – a.c.260]
• project “A room with a landscape view” — part four “Part of a landscape nr. 13 – 144 black and white shots”
144
fotografische beelden in een speciale houten box.
In dit werk
worden
tegenstellingen uit de natuur gebruikt om een metafysisch beeld op te
roepen van een proces dat nooit begint en nooit eindigt.
De
144 beelden — allen variaties op één visueel
concept — visualiseren de voorbij glijdende momenten van een
onduidelijk tweeledig proces, afbrekend of vormend, in elkaar opgaand
of elkaar afstotend ….
Om de box en enkele foto’s uit de editie te bekijken op YouTube link: http://www.youtube.com/watch?v=81CBPTBhn5Q
aaa
Part
of a landscape nr.13 — 144 black and white shots
[2010
– 144 fotografische beelden in lichthouten box – box:
47,5 x 38,5 x 12 cm / foto’s: 33 x 24 cm – a.c. 199]
De
foto’s zijn door de kunstenaar geprint op “digital Fine
Art paper, Fibaprint© White Semi-Matte 300 gsm” met
duurzame Epson Ultrachrome K3 Ink.
De box is manueel vervaardigd
door de kunstenaar.
Eerste exemplaar, volgende exemplaren op
aanvraag (met volgnummer: max. 9).
• project
“A
room with a landscape view”
— deel
vijf,
lezing met beeldprojectie:
“Het
metafysische landschap? Een ontbrekende schakel ? …”
Inhoud
Door
dit onderzoek en vnl. door het project “A room with a landscape
view” heb ik in de Westerse kunstgeschiedenis van het landschap
een nogal zeldzaam type van landschap-kunstwerk kunnen onderscheiden.
Hun totale karakter getuigt van een gecombineerd “religieus-mystiek”
+ “esoterisch-meditatief” karakter, dat herkenbaar is aan
specifieke picturale en compositorische elementen. Dit type landschap
is terug te vinden vanaf de Romeinse Antieke tijd tot de dag van
vandaag.
Ik heb deze landschappen met hun typische kenmerken het
“metafysisch landschap” genoemd.
In het eerste deel van de lezing worden deze “religious-meditatieve” beeldelementen die hun herkenning uitmaken, geanalyseerd en geduid aan de hand van vergelijkende beelden van “niet-religieus-meditatieve beelden”. Hun creatie wordt eveneens gerelateerd aan het geestelijk denken van hun maker.
Het
tweede deel behandelt de positie van dit metafysisch landschap als
een mogelijk keerpunt in een artistiek carrière en de nood van
een blijvend doch evoluerend mystiek inzicht bij de kunstenaar om de
metafysische aspecten van de natuur te kunnen binnenbrengen in zijn
toekomstige werken.
Piet Mondriaan en zijn werk worden aangehaald
als een standaard model in dit gezichtspunt.
Verder verduidelijk
ik het gebruik van het metafysisch landschap in mijn
onderzoeksonderdeel “A room with a landscape view” dat de
toeschouwer laat kennis maken met esoterische gezichtspunten over het
landschap/natuur en hoe dit metafysisch landschap (zoals ook bij
Mondriaan) de bron is geworden voor nieuw abstract werk met een
universele ‘mens-natuur’ inhoud.
Tweede categorie in “Abstract beeld en metafysische betekenis” — Chaos versus structuur
In
deze tweede categorie werken uit het onderzoeksdomein “Abstract
beeld en metafysische betekenis” ligt de focus op chaotische
structuren die tegelijkertijd een gesloten eenheid vormen. Ik tracht
aan de hand van deze werken te laten aanvoelen dat chaos niet
bestaat, maar dat het onze menselijke geest is die chaos veroorzaakt,
omdat dezelfde menselijke geest onvoldoende is ontwikkeld om de
achterliggende regels en wetten te kunnen onderscheiden en kennen die
deze schijnbare chaos liggen .
Er werden drie drie projecten
gerealiseerd in deze tweede categorie. Elk project geeft terug een
specifieke visie over hoe chaos eigenlijk structuur is, of structuur
kan creëren.
• project “Di sette giorni” (of zeven keer drie tekeningen)
Drie
reeksen
Aan ‘di
Sette Giorni’ ben ik, met de vooropgestelde speelsheid van een
kind, gestart met het vrij tekenen van zeven cirkelachtige
spiraalvormen op een blad rijstpapier en dit zeven maal. Ik gaf deze
eerste zeven tekeningen de naam “Une realità”
(elk 100x70 cm), duidend op de werkelijkheid van deze tekeningen
zonder enige regel of wet , alhoewel de restrictie voor het gebruik
van enkel borstel en inkt wel een regel kan genoemd worden. Daarna
werd de “plaats van de inktvlekken” nauwkeurig opgemeten
en de gegevens ingebracht in de computer. Daarop werden deze punten,
volgens vooropgestelde principes, door lijnen verbonden. Deze
lijntekeningen werden op hun beurt de basis voor de tweede reeks van
zeven tekeningen. In deze tweede reeks waren de lijnen op hun beurt
onderwerp voor het toepassen van een intuïtieve “inkt-potlood
uitvoeringscode”. Deze reeks kreeg de titel “Nero e
Grigio” (telkens 150 x 98 cm).
De derde reeks “Corpi,
Colori ed Improvvisazioni” (telkens 225x98cm) is op haar
beurt een vormelijk en kleurig verder bouwen — terug via
computer software en manipulatie — op de vormen van de tweede
reeks. Tijdens dit verder bouwen heb ik de menselijke verbeelding de
vrije loop gelaten, zowel in kracht als in diversiteit.
Hieronder de 21 tekeningen — in de juiste verhoudingen t.o.v. elkaar — in 7 groepen van 3 tekeningen.
aaa
•
Realità
QXV —2010
— 100x70 cm — inkt op rijstpapier
• Nero
e Grigio QXVA — 2010
— 150x98 cm — inkt
en potlood op rijstpapier
•
Corpi,
Colori ed Improvvisazioni QXVB colori giallo, giallo scuro e
sanguigno — 2010
— 225x98 cm — dye inkt op rijstpapier
aaa
•
Realità
QIV —2010
— 100x70 cm — inkt op rijstpapier
• Nero
e Grigio QIVA — 2010
— 150x98 cm — inkt
en potlood op rijstpapier
•
Corpi,
Colori ed Improvvisazioni QIVB colori nero e cremisi
— 2010
— 225x98 cm — dye inkt op rijstpapier
aaa
•
Realità
QIX —2010
— 100x70 cm — inkt op rijstpapier
• Nero
e Grigio QIXA — 2010
— 150x98 cm — inkt
en potlood op rijstpapier
•
Corpi,
Colori ed Improvvisazioni QIXB colori blue-jeans, giallo e nero
seppia — 2010
— 225x98 cm — dye inkt op rijstpapier
aaa
•
Realità
QXIII —2010
— 100x70 cm — inkt op rijstpapier
• Nero
e Grigio QXIIIA — 2010
— 150x98 cm — inkt
en potlood op rijstpapier
•
Corpi,
Colori ed Improvvisazioni QXIIIB colori verde e rosa
— 2010
— 225x98 cm — dye inkt op rijstpapier
aaa
•
Realità
QXIV —2010
— 100x70 cm — inkt op rijstpapier
• Nero
e Grigio QXIVA — 2010
— 150x98 cm — inkt
en potlood op rijstpapier
•
Corpi,
Colori ed Improvvisazioni QXIVB colori azzurro e verde
— 2010
— 225x98 cm — dye inkt op rijstpapier
aaa
•
Realità
QX —2010
— 100x70 cm — inkt op rijstpapier
• Nero
e Grigio QXA — 2010
— 150x98 cm — inkt
en potlood op rijstpapier
•
Corpi,
Colori ed Improvvisazioni QXB colori nero seppia, giallo ocra, terra
di siena bruciata e grigio — 2010
— 225x98 cm — dye inkt op rijstpapier
aaa
•
Realità
QXI —2010
— 100x70 cm — inkt op rijstpapier
• Nero
e Grigio QXIA —
2010
— 150x98 cm — inkt en potlood op rijstpapier
•
Corpi,
Colori ed Improvvisazioni QXIB colori azzurro, fresco verde e nero
— 2010
— 225x98 cm — dye inkt op rijstpapier
• project Cell&Bodyworks
Cell&Bodyworks
is de overkoepelende titel die ik heb gegeven aan twee series van
werken in dit project. Kleine pasteltekeningen op doek enerzijds en
ruime houtslkooltekeningen op papier anderzijds.
Beide tonen ze
een plastische zoektocht naar het ontstaan van vorm vanuit beweging,
macrocosmisch en microscopisch.
Vanuit mijn interesse voor
“gedeeltelijk vrijgegeven kennis” door intuïtieve
wetenschappers en nog niet beëindigde experimenten door
hedendaagse alchemisten … is het voor mij zonneklaar dat hun
zoektocht eigenlijk ontstaat uit één kosmisch gegeven,
nl. Creatie. Daardoor is “Creatie” de oerbron die
verantwoordelijk is voor alle menselijke activiteit. Misschien zal in
de toekomst het begrijpen van het begrip “Creatie” de
geestelijke broederschap aantonen van alle mensen … ongeacht
hun geloof of godsdient.
De werken in dit project Cell&Bodyworks zijn vnl. “getekend” of werken waarin enkel “de primaire actie van met de hand tekenen” het doel is. Deze actie van “abstract doorlopend tekenen” (niet te verwarren met automatisch tekenen) is een dubbele metafoor. Een metafoor voor het bijna blindelings doch bewust menselijk onderzoek om de geheimen van het Leven bloot te leggen en een metafoor voor het nooit eindigende actie van bovenmenselijke Creatie.
aaa
links:
Cantharidine
Creating I [2009
– houtskool op ruw canvas – 70x50 cm –
a.c.179]
rechts:
Ptomaïne
Creating I [2010
– houtskool en pastel op ruw canvas – 65x73 cm]
aaa
Creatine
Creating II [2010
– pastel op ruw canvas – 65x83 cm] met rechts detail
aaa
links
Creatine
Creating I [2010
– pastel op ruwe canvas – 50x70 cm]
rechts:
Cantharidine
Creating II [2009
– houtskool op ruw canvas – 78x71 cm – a.c.180]
aaa
linksboven:
BodyWork
1 [2009
– houtskool op papier – 150x190 cm –
a.c.148]
linksbeneden
BodyWork
4 [2009
– houtskool op papier – 150x220 cm –
a.c.175]
rechts:
twee
details
aaa
links:
BodyWork
2 [2009
– houtskool op papier – 150x190 cm –
a.c.173]
rechts:
Bodywork
3 [2009
– houtskool op papier – 150x220 cm – a.c.174]
BodyWork
5 [2009
– houtskool op papier – 265x150cm – a.c.176]
• project “RED Line Space Sculpture”
RED
Line Space Sculpture is een ruimtelijk project waarbij de vormende
en afbrekende principes in de natuur zoals hangen, steunen, trekken,
ontdubbelen, herhalen en mannelijk-vrouwelijk worden gehanteerd, niet
om de natuur na te bootsen, maar om ruimtevullende structuren te
creëren die zowel een opbouwend als een afbrekend gevoel bij de
toeschouwer oproepen en tegelijkertijd een visuele relatie opbouwen
met mogelijk herkenbare natuurfenomenen, zoals het mannelijk en
vrouwelijk principe samen in één plant of dode takken
op de grond, lianen, enz. Telkens opnieuw wordt de beschikbare ruimte
onderzocht op haar mogelijkheden om tot een site-specified
sculptuur
te komen.
Door de rode kleur, het materiaal plexi en het gebruikte
profiel ontstaat eveneens een visuele relatie met de industrie die
agressief op de natuur inwerkt, maar die zelf inherent steunt op bouw
en afbraak.
De in deze fotoreeks voorgestelde voorbeelden willen
het ruimtelijk onderzoek tonen en zijn slechts enkele voorbeelden van
vele mogelijkheden.
AAA
AAA
RED Line Space sculpture [©2011 – fluorescerend plexi – variabele afmetingen – a.c. 186]
Werkgebied 3: het Abstract beeld en het Licht als figuranten
In
dit werkgebied is licht de primaire figurant (ik beschouw “de
foto op zichzelf “als het hoofdpersonage) vanwege zijn
dualistisch “abstract-herkenbaar” karakter. Ik gebruik
dit licht op een andere wijzen dan we gewoon zijn het te zien. Het
gewone gebruik van licht beperkt zich meestal tot het gebruik ervan
als wezenloze lichtbron: om iets te kunnen zien in het donker of als
“spotlight en aandachtstrekker”.
In mijn werkgebied 3
gebruik ik het licht als een noodzakelijk onderdeel in een setting
met andere beeldelementen (waarvan het eigen werk er één
kan zijn) waarin het een evenwaardige plaats krijgt als de andere
beeldelementen in de setting. Het licht is hierdoor niet lager
abstract. Zijn eigen betekenis als wezenloze lichtbron is gewijzigd
waardoor de betekenis van de andere beeldelementen waarmee het een
partner vormt in de werken ook wordt gewijzigd.
Er zijn ook hier
terug, twee soorten van werken gecreëerd. Eerst is er een reeks
met individuele foto's en verder zijn er twee semi-ruimtelijke
lichtwerken (“semi” duidt op het feit dat een
gedeelte van het werk een muur van de ruimte is en het andere deel
van het werk een ruimtelijk geplaatste lichtbron).
Het
fotografisch werk speelt vnl. rond 3 actoren: het aanwezige daglicht
(in veel gevallen van links komend, waardoor het refereert aan de
genre schilderwerken van Vermeer (maar dan zonder mensen); het vaak
bewust aanwezig binnenbrengen in de foto van mijn eigen abstract werk
op een manier dat dit werk net als het licht slechts een bijrol
vervult en geen hoofdrol. De derde actor is de alledaagse
binnenruimte, vaak in een bijzonder tijdelijke staat, bestudeerd
vanuit haar picturaliteit en niet zozeer vanuit haar architectonische
of emotionele waarde. Het geheel dient een intieme sfeer van
picturale rijkdom in visueel armoedige ruimtes. Deze picturaliteit
wordt extra benadrukt door de hedendaagse technologie van inkjet
printen.
• Individuele foto's
AAA
links:
Starting
a set up for a picture with LED light and an abstract painting.
— 2012
— 44x35 cm — foto — Epson Ultrachrome Ink op
PhotoRag 308 gr, gekleefd op DiBond 4mm — a.c. 284
rechts:
Dawn,
an abstract painting and an old off line television. — 2011
— 39,5x45 cm — foto — Epson Ultrachrome Ink op
PhotoRag 308 gr, gekleefd op DiBond 4mm — a.c. 239
AAA
links:
Composition
in a room with a towel and the first morning light. —2011
— 37x24,5 cm — foto — Epson Ultrachrome Ink op
PhotoRag 308 gr, gekleefd op DiBond 4mm — a.c. 242
rechts:
Still
life with cellar light and “Petit Manseng” grapes in a
plate on a table.
— 2011
— 40x39 cm — foto — Epson Ultrachrome Ink op
PhotoRag 308 gr, gekleefd op DiBond 4mm — a.c. 267
AAA
links:
Basil
on a microwave on a fridge.
— 2011
— 48x33 cm — foto — Epson Ultrachrome Ink op
PhotoRag 308 gr, gekleefd op DiBond 4mm — a.c. 268
rechts:
October
light, coffee and tea.
— 2011
— 39,5x40,5 cm — foto — Epson Ultrachrome Ink op
PhotoRag 308 gr, gekleefd op DiBond 4mm — a.c. 273
AAA
links:
Two
reflections —
2011
— 39,5x40,5 cm — foto — Epson Ultrachrome Ink op
PhotoRag 308 gr, gekleefd op DiBond 4mm — a.c. 240
rechts:
Two
studies for “Dawn, an abstract painting and an old off-line
television” on a wall.
— 2011
— 37x24,5 cm — foto — Epson Ultrachrome Ink op
PhotoRag 308 gr, gekleefd op DiBond 4mm — a.c. 274
Ticino,
anno 1997.
— 2011
— 49x31 cm — foto — Epson Ultrachrome Ink op
PhotoRag 308 gr, gekleefd op DiBond 4mm — a.c. 282
• Twee semi-ruimtelijke lichtwerken
Het
ruimtelijk werk kenmerkt zich door het gebruik van semi-arme
materialen. Semi-arme materialen zijn materialen die in onze
dagdagelijkse omgeving te vinden zijn waarop geen specifieke stempel
zoals design, antiek, kitsch enz. is te kleven. Graag gebruik ik in
het ruimtelijk werk een muur, als symbool voor de klassieke
ophangplaats van een kunstwerk. Deze muur wordt in de werken een
subject. Niet langer een ophangplaats maar wel een actieplaats, de
plaats waar het kunstwerk ontstaat of zijn voleinding krijgt.
Andere
kenmerken in dit ruimtelijk werk zijn ruimtelijke lichtheid en
vanzelfsprekend licht.
“... … … ...”
Dit
werk nemt de gebruikelijke ingrediënten van een museale
tentoonstelling als uitgangspunt: een kunstwerk aan de muur met een
titelplaatje en een lichtbron die het werk belicht. Door een spel van
elkaar beïnvloedende betekenissen van elk van deze klassieke
tentoonstellingselementen wordt de betekenisverandering van een
geprojecteerd lichtblauw vlak veroorzaakt. Het licht is niet langer
een technische projectie. Het is niet mogelijk de inhoud van het
titelplaatje te geven, daar anders de shock van de
betekenisverandering verdwijnt. Het werk is zo geconcipieerd dat de
shock bij de toeschouwer ontstaat wanneer hij het titelplaatje leest
terwijl hij in het licht van de projectie staat …
Daarom is
het werk ook “… … … …”
getiteld.
De afmetingen van het werk variëren naargelang de
beschikbare ruimte. Een specifiek opstelling was te zien tijdens de
Roger Raveel Museum tentoonstelling (22-26 februari 2012)
“...
… … ...”
[2009-’11
– projectie, kader, fotografisch beeld, houtskool, titelplaatje
– variabele afmetingen – kader:37,5 x 46,5 cm –
a.c. 186]
LED one
“Led one” is een ruimtelijke opstelling van een lichtbron en een abstracte summiere afbeelding op de wand. Deze opstelling was net als “... … … ...” te zien in het Roger Raveel Museum van 22-26 februari 2012.
“Led
one” —[2012
– LED licht, steun, muur, metalen stippen — 240x200x120cm
– a.c. 285]
----------------------------------------------------------------------------------------------------- THE END ----------------------------------------------------------------------------------------------------